In een van de huizen wonen 3 vluchtelingen en 4 studenten. In de andere woning 3 vluchtelingen en 3 studenten.
In de jongerenhuizen zijn vaak wisselingen: de studenten huren een kamer, maar moeten na hun studie op zoek naar een andere woonruimte.
Het is voor zowel de studenten als de vluchtelingen leerzaam om samen te leven in de jongerenhuizen. Het zijn twee werelden die bij elkaar komen. De vluchtelingen zitten in een procedure voor een verblijfsvergunning, in afwachting daarvan hebben zij tijdelijk woonruimte. Studenten hebben heel andere zaken aan hun hoofd en andere contacten en gewoontes. Het is dan ook belangrijk om samen afspraken te maken over het schoonmaken, tuinonderhoud en gezamenlijke activiteiten, maar ook over hoe je met elkaar omgaat.
Elk huis heeft een gemeenschappelijke woonkamer/keuken. Dit is de plek om samen te kijken naar voetbal of een film en om samen eten te koken en te eten. Tijdens een bbq in de tuin en tijdens het eten wordt veel gesproken, over eigenlijk alles wat eenieder bezighoudt.
De studenten leren van de medebewoners uit diverse landen. Zij leren bijvoorbeeld dat dingen niet vanzelfsprekend zijn, zoals het feit dat zij zelf kunnen studeren en geld verdienen met een baantje, dat familie dichtbij woont en dat ze vrij zijn om op vakantie te gaan. Door samen te wonen met studenten leren de vluchtelingen de Nederlandse taal en gewoonten sneller. Ook geeft een vaste woonplek de vluchtelingen rust en daardoor kunnen zij zich meer focussen op hun toekomst.